Een veel voorkomend probleem waarvoor veel mensen naar de osteopaat gaan, zijn lage rugklachten en bekkenklachten. Deze pijn kan het dagelijks leven behoorlijk beïnvloeden. Rugklachten kunnen we toeschrijven aan een groot aantal oorzaken. Osteopathie kijkt verder dan de symptomen en gaan op zoek naar dieper liggende oorzaken van de klachten.
De lage rug kan niet afzonderlijk van het bekken, heiligbeen en de onderste ledematen worden gezien. Tevens zit er aan de voorkant van je lage rug je buikorganen die middels vliezen (fascia) aanhechten aan je wervelkolom, bekken en heiligbeen en relatie hebben met je spieren, banden en pezen. Wanneer bijvoorbeeld een blinde darmoperatie heeft gezorgd voor littekenweefsel en verklevingen in de vliezen (fascia) van de darm, kan deze verkleving ook invloed hebben op de heupbuiger (m.psoas) . Dit maakt dat dit weefsel stugger functioneert, het de doorbloeding en bezenuwing beïnvloed en daardoor de heup en het bekken fixeert in een bepaalde positie. Enkel het bekken behandelen, zal korte tijd effect hebben, maar de klacht zal terug blijven komen. Wanneer ook de facie van de darm behandeld word, komt er meer dynamiek in het bekken, waardoor de rugklachten verdwijnen. Soms is het nodig om de behandeling te ondersteunen middels voedingsadviezen of oefeningen.
Kortom de osteopaat zal altijd op zoek gaan naar de primaire ooraak. Bij iedereen word een behandeling op maat gemaakt. Dat maakt osteopathie zo ontzetten boeiend.